|
Post by :: Heen - en - weer - wolf on Jan 5, 2009 9:18:04 GMT
Toen de geur van haas zijn neusgaten vulde kreeg hij de neiging zic h evenhard weer om te draaien en de eetzaal uit te vluchtten. Dat deed hij niet. Hij trok al te veel aandacht, maakte te veel vijanden. Ook Cole had zo zijn limiet. En dat had hij zojuist bereikt. Dus had hij besloten nu wat rustiger aan te doen en niet zo veel in het iddelpunt van de aandacht te staan. Dat zorgde alleen maar voor gepraat, en gepraat zorgde voor roddels. Toch trok hij zijn neus op toen hij aan de houten bank plaats nam en hij een aantal andere vampiers gulzig stukken vlees op hun bord zag laden. Hij had spontaan geen honger meer. Sterker nog, bij het zien van de dode haas kreeg hij kotsneigingen. Wat was er fout aan een beetje bloed? Hij nam zich voor vanavond, of vannacht, nog even te gaan kijken of hij iets kon vinden. Iets beters dan dit. dat deed hem eraan denken, dat hij Arthur al lange tijd niet gezien had en het eigenlijk zijn plícht was als mentor om zich bezig te houden met hem. Hij zuchtte dramatisch en wreef over zijn voorhoofd "Geweldig" gromde hij. Hij hoopte innig dat Arthur uit ziczhelf hierheen zou komen.
|
|
|
Post by Zhavirah on Jan 6, 2009 21:48:34 GMT
Flink haalde Arthur adem toen hij de eetzaal in stapte. Zijn zintuigen waren zoveel sterker nu hij volledig bloed was. Geschat was het twee a drie weken geleden dat hij opnieuw bloed van Cole door zijn aderen gepompt kreeg. Daarna was het een reis richting de vampiersberg. Idee van Cole was dat weer eens. De geuren van het gebraden haas bereikte al snel zijn neus. Het was weer eens iets anders dan gebraden varken of rund. De vampieren hadden wel vaker rare recepten dus daar was hij al niet meer van onder de indruk. Straks zou hij wel wat haas proberen, maar zijn honger voor bloed was op dit moment groter. Het liefst zou hij willen drinken uit een mens maar die keuze had hij op het moment niet. Waarschijnlijk zouden wel veel andere vampiers er precies hetzelfde over denken. Zijn ogen speurde de zaal door naar zijn mentor. Voor Arthur was de vampiersberg nog erg groot en raakte al snel verdwaald. Zo had hij de meeste tijd ook geen idee waar Cole zou zijn. Tussen de menigte zag hij Cole al zitten, eindelijk had hij hem dan toch kunnen vinden. Bij elke stap die hij zette voelde hij pijn door zijn botten gaan. Hier voor was hij in de spelkamer geweest, wel spelkamer meer trainingsruimte. Hij had daar een paar flinke klappen opgevangen. Op dat moment deden ze geen pijn, maar nu voelde hij het wel. "Cole?" zei Arthur toen die achter Cole stond.
|
|
|
Post by :: Heen - en - weer - wolf on Jan 7, 2009 7:00:38 GMT
Met een gezicht waar volledige walging op te lezen was prikte hij met zijn vinger in de haas, schudde met zijn hoofd en stond op. "Ik geef het op. Ik eet die troep niet en-". Verbaasd keek hij om toen hij zijn naam hoorde en grijnsde toen het Arthur was. "Hoi" was zijn korte antwoord, maar het klonk niet onuitnodigend. Hij wierp nog een laatste blik op de haas en sprong toen over de bank heen waarna hij naast Arthur stond. Hij gaapte een keer even flink en streek over zijn warrige blonde haar. "En, hoe bevalt het. Volbloedvampier zijn?" zei hij tegen hem met een brede grijns op zijn gezicht. Nonchalant liet hij zijn ene arm op de tafel rusten zodat hij er op kon steunen. Het was nog maar een paar weken geleden dat Arthur getransformeerd was, en sinds dat moment leek de tijd wat sneller te zijn verstreken, en was hij eigenlijk gedeeltelijk vergeten dát het was gebeurd. Wat dom was, want het was natuurlijk wel een verandering.
|
|
|
Post by Zhavirah on Jan 7, 2009 15:52:13 GMT
"Niet je favoriete gerecht?" Merkte Arthur op. Hij had het nog nooit gegeten dus veel te klagen had hij niet. Een kleine stap zette hij achteruit toen Cole over de bank sprong. Zijn vingers bewogen nerveus. Ze voelde sterker dan toen hij nog maar een halve was. "Het is... Het is geweldig. Mijn zintuigen zijn zo scherp, alsof ik in een geheel nieuwe wereld ben belandt. Eerder in een geheel nieuw lichaam." Zijn woorden klonken enthousiast en waren dat ook. Maar hij vond het allemaal geweldig. Ook al hij bij sommige momenten zijn eigen kracht niet meer kende en toch voorzichtig moest zijn. Als hij buiten de vampiersberg was geweest had hij waarschijnlijk proberen te flitten. Gewoon voor het gevoel, nu hoefde hij niet meer Cole vast te houden om grote afstanden af te leggen.
|
|
|
Post by :: Heen - en - weer - wolf on Jan 7, 2009 16:01:25 GMT
"Nee. Ikvind het ronduit smerig" was het chagerijnige antwoord wat Arthur zijn kant op kreeg. Het kwam niet door hem, het kwam door Cole en hoedanig de gebraden haas zijnhumeur had beïnvloed.Hij wreef over zijn gezicht, schudde zijn hoofd een keer en keek Arthur dan weer aan, deze keer met wat meer interesse. "Sorry hoor" zei hij uiteindelijk "Dat" - hij wees naar de haas - "Is niet goed voor mijn humeur". Hij grijnsde toen hij de woorden hoorde en klopte Arthur op zijn rug "Ik weet het, het is geweldig allemaal he?". Hij dacht even na en fronstte zijn wenkbrauwen. "Ik zou naar buiten willen, maar het is stervenskoud"
|
|
|
Post by Zhavirah on Jan 7, 2009 19:58:20 GMT
Vreemd keek Arthur naar het eten. Het moest wel heel erg slecht zijn als het Cole zijn humeur kon bederven. De gebraden haas trok niet lang zijn aandacht en al snel richtte hij zich weer op Cole. "Zeker geweldig ja" antwoorde hij gelijk terug op de woorden van Cole. 'Koud' herhaalde zich in zijn hoofd. Zo erg koud zou het toch niet zijn. "Valt toch wel mee? " kaatste Arthur terug die blijkbaar wel erg graag naar buiten wou. Echt bloed drinken van een mens en niet het rare bloed dat ze hier hadden. Een korte rilling ging door zijn lichaam als hij zich de smaak van dit bloed herrinerde. Eigenlijk wou hij de afkomst niet eens weten.
|
|